Gerard de Ruddervoorde ook bekend als Gerard de Ridefort )1 oktober 1189†) was de tiende grootmeester van de Orde der Tempeliers.
Ruddervoorde zou de jongste zoon van een Vlaamse edelman geweest zijn. Omdat hij weinig kans maakte op een titel of erfenis besloot hij zich in 1146, bij de tweede kruistocht te voegen. Toen deze kruistocht mislukte, bleef hij toch in het Heilige Land om onder Raymond III van Tripoli te dienen. Als dank voor zijn voorbeeldige diensten, beloofde Raymond aan Gerard om Lucia van Batroun te mogen huwen. Dit huwelijk zou hem een groot grondbezit veschaffen. Raymond liet zich echter omkopen door een rijke boer, die in de plaats van Gerard met Lucia trouwde. Nieuwe bevindingen geven aan dat het hier om Cecile Dorel ging, die het kustgebied met Batroun had geërfd van haar vader. Raymond III huwde haar uit aan een neef van een Pisaanse handelaar genaamd Plivano, deze betaalde er 10.000 bezanten voor, zoals de 13e eeuwse schrijver Willem van Tyrus dit beschreef in zijn oud Franse continuntie. Na de woordbreuk van Raymond sloot Gerard zich aan bij de Tempelridders. Gerard werkte zich snel op. In 1184 werd hij verkozen tot Grootmeester der Tempeliers als opvolger van Arnoldus van Torroja en bleef dit tot aan zijn dood.
Na het overlijden van koning Boudewijn V van Jeruzalem schaarde Ruddervoorde zich bij een factie die Raymond III van Tripoli de troon wilde ontnemen. Gerard koesterde immers ook wraak tegen Raymond, omdat deze zijn beloftevolle huwelijk had doen mislukken.
Na de machtsgreep stuurde koning Hendrik II van Engeland geld om de Tempeliers en de Hospitaalridders te steunen. Gerard gebruikte het geld echter om werkeloze soldaten de stad Jeruzalem te laten bewaken. Later trok hij ten strijde tegen Saladin en zijn Egyptische strijders. Bij een poging om met 140 man ten aanval te trekken in de Slag bij Cresson, werd hij omsingeld door 7000 man van Saladin. Gerard was slechts één van de weinige overlevenden. Het is onduidelijk hoe hij heeft kunnen ontsnappen.
Ruddervoorde heeft in de geschiedenis een slechte reputatie opgebouwd. Toch zijn er verschillende bronnen die zijn roekeloze gedrag tegenspreken. Hij zou volgens deze werken het slachtoffer zijn van slechte propaganda. Deze propaganda zou afkomstig zijn van schrijvers uit Tripoli, de aartsvijanden van de Tempeliers. Zo zou zijn biograaf ook niet echt een fan van hem zijn geweest. Ruddervoorde vocht volgens recente bronnen terug op de oude manier en deed waar de tempeliers echt voor dienden. Namelijk pelgrims beschermen.
Later op het jaar leidde Ruddervoorde de aanval in, bij de Slag van Hattin. De christenen werden overmeesterd en Gerard werd gevangengenomen. Guy de Lusignan wist Ruddervoorde bij Saladin vrij te kopen, namelijk door de stad Gaza aan hem over te dragen.
Kort daarna ondernam Gerard opnieuw een veldtocht, maar sneuvelde tijdens het beleg van Akko op 1 oktober 1189.