De Heilige Oorlog
De tempelorde voerde een Heilige Oorlog tegen de islam. Pelgrims gingen langs de pelgrimsroutes naar de heilige plaatsen in het Heilige Land. Daarom moesten de Tempeliers zorgen voor de bescherming van de pelgrims, de beveiliging van de pelgrimsroutes, de heilige plaatsen en de bevrijding van het Heilige Land. Ondanks het statuut van monnikenorde waren de Tempeliers in de eerste plaats militairen. Ze beschouwden zichzelf als de militie van Christus. Het was toegestaan om moslims te doden, maar wie een christen doodde, werd uit de orde gezet. De Tempeliers waren berucht voor hun religieus fanatisme en militant karakter. Het waren vechtersbazen die veel geweld gebruikten tegen de vijanden van hun geloof en met gelijke munt terugbetaald werden. De moslimleider Saladin was bijvoorbeeld edelmoedig tegenover gewone ridders, maar Tempeliers en hospitaalridders doodde hij allemaal, waarschijnlijk omdat de de Orde der Tempeliers geen losgeld betaalde voor gevangengenomen Tempeliers. Na de slag bij Hattin (1187) liet hij hen op rituele wijze ter dood brengen. Ook zijn opvolgers kenden geen genade voor de ridderorden.